Stiens - Harlingen / Franeker

Na het station van St.Anna Parochie stak het spoor de Noordervaart over, en ook hier is de brug gerecycled voor voetgangers en fietsers, met aansluitend een asfaltpad over de oude spoorbaan. Ditmaal echter geen fraaie vergezichten, want het pad loopt tussen dichte struiken en langs wat volkstuintjes om uiteindelijk uit te komen bij een straat in een nieuwbouwwijk. Hier gaat het over in een schelpenpad dat over wat grasveldjes tussen de huizen doorloopt, om na zo'n 200 meter bij een volgende straat te eindigen.



Opvallend is dat op de plekken waar de straat wordt gekruist, er in het wegdek een drempel is geplaatst van het soort kasseien dat ook bij veel loswegen is gebruikt. Het zal echter meer als waarschuwing voor overstekende fietsers dan herinnering aan het verleden bedoeld zijn (zoals in Uden), want een eindje verderop kom ik zonder verdere spoorse aanleiding ook nog zo'n verkeersdrempel tegen.

Kijkend naar het westen is bij de Koude Vaart dit brugrestant te zien; in de verte ligt het plaatsje St.Jacobi Parochie.
Het spoor doorkruist hierna een boomgaard en enkele akkers, maar dat blijkt alleen maar uit bestudering van oude kaarten; in het veld is de spoorbaan de afgelopen jaren door de landbouw weer vakkundig met de grond gelijk gemaakt zodat ik wel meteen kan doorrijden naar de volgende overweg. Deze ligt aan de Koudeweg, die langs de oever van de Koude Vaart loopt; namen die zelfs op deze zonnige dag nog doen verlangen naar een dikke trui, snert met worst en een brandend haardvuur... Aan de zuidoostkant van de overweg lag vroeger de halte Koudeweg, al net zo'n marginaal geval als de halte aan de Langhuisterweg. Vanaf 15 mei 1933 werd er niet meer gestopt voor reizigers, en na oktober 1961 werden ook goederen niet meer aangenomen.

Van de halte of de spoorlijn is in de omgeving niets meer te bespeuren, afgezien van een lichte glooiing in het wegdek. Zelfs de spoorbrug over de Koudevaart is geheel gesloopt, alleen direct boven de waterlijn is bij beide oevers aan een restantje metselwerk nog te zien waar de brug heeft gelegen. Deze moet dan ook niet verward worden met de behoorlijk lelijke betonnen brug die een paar meter noordelijker over de vaart ligt en al in NFLS-tijden de toegangsweg naar een boerderij aldaar vormde.


Het oostelijke deel van het emplacement van St.Jacobi Parochie, waar een Sik bezig is met onderhoudswerkzaamheden aan het terrein. ( 24-08-1978, Roelof Hamoen )
Langzamerhand kom ik steeds dichter in de buurt van de Waddenzee, wat goed te merken is aan het toenemend aantal windmolens die her en der zijn neergezet ten behoeve van het opwekken van elektriciteit. Aan de rand van St.Jacobi Parochie staat er zelfs een tweetal vlak naast elkaar op de oude spoorbaan, die hier verder langs een fabrieksgebouw loopt dat er al stond in de tijd dat er nog reizigerstreinen reden. Na de volgende overweg kwam de trein aan op het emplacement van St.Jacobi Parochie (in de Friese taal heel efficiënt ingekort tot St.Jabik, door de NS nog efficiënter verder verkort tot 'Sj'). Het station van St.Jacobi Parochie speelde vroeger een belangrijke rol bij het vervoer van aardappelen en andere landbouwproducten. Het was het belangrijkste verlaadstation langs de lijn naar Tzummarum, en aan de oostzijde van het emplacement lag een aardappelexportbedrijf met een eigen spooraansluiting.

Op de site www.sintjabik.nl zijn veel oude foto's van St.Jacobi Parochie te bekijken, waaronder een aantal waarop de spoorlijn van de NFLS te zien is. Klik op een van de foto's om naar de betreffende fotopagina te gaan.


De plek waar het station heeft gestaan is nog goed te herkennen, maar het gebouw zelf, van hetzelfde ontwerp als St.Anna Parochie, werd al in 1950 verkocht en niet lang daarna gesloopt. Tegenwoordig bevinden zich op het stationsterrein een aantal bedrijfjes waaronder een graanhandel en een timmerfabriek; het emplacement is begroeid met hoge struiken.
Ten westen van het voormalige stationsterrein zijn in het wegdek van de 'Georg van Saksenstraat' nog de restanten van twee sporen te vinden. Waarschijnlijk lag er verderop vroeger een wissel want beide sporen lopen niet parallel maar naar elkaar toe. Hoewel ze nu duidelijk zichtbaar zijn heb ik de sporen bij mijn eerste bezoek aan St.Jacobiparochie volledig over het hoofd gezien. Pas bij een tweede bezoek een klein jaar later vielen ze me voor het eerst op...



Ik zou nu al klaar geweest zijn met mijn speurtocht als de plannen waren doorgegaan zoals die in oktober 1897 bij de Gedeputeerde Staten van Friesland waren ingediend. Daarin liep de lijn namelijk niet meer verder dan St.Jacobi Parochie, uiteraard tot groot ongenoegen van het gemeentebestuur in Harlingen. Nadat deze een flinke subsidie had toegezegd als de lijn toch zou worden doorgetrokken, begon men zich ook in Franeker te roeren voor een aansluiting op het NFLS-spoor. Nadat er nog even sprake van was om dan alleen een lijn naar Franeker aan te leggen, kregen beide plaatsen uiteindelijk toch elk hun eigen fel begeerde spoorverbinding met Tzummarum.
Ten westen van het station maakte het spoor een grote boog van 90 graden naar het zuiden, welke ook nu nog makkelijk is te volgen. Over de spoordijk loopt een wandelpad met de toepasselijke naam "'t Spoorrondsy", dat het tegenwoordig zelfs heeft geschopt tot onderdeel van een internationale verbinding. Dit pad wordt namelijk gebruikt door de E9, het Europese Kustpad dat loopt van Biskaje in Frankrijk tot aan Gdansk in Polen. Wie zijn paspoort niet bij zich heeft of liever op tijd voor het eten weer thuis wil zijn, kan eventueel ook Lange Afstands Wandeling nr.5 proberen; deze loopt slechts van Sluis tot Nieuweschans...
Overweg in het Westeinde; op de achtergrond maakt de spoordijk een grote boog naar rechts richting St.Jacobie Parochie ( 24-08-1978, Roelof Hamoen )
Na de bocht kruiste de spoorlijn het Westeinde en stak aansluitend met een korte brug een waterleiding over. In 1978 lag deze spoorbrug er nog (inclusief rails), maar tegenwoordig is er van de hele overspanning niets meer terug te vinden. Niet alleen zijn de brug zelf en beide landhoofden opgeruimd, daarnaast is ook nog eens de waterleiding zelf in zijn geheel gedempt. Op de plek van de brug is nu dan ook alleen nog maar een grasveldje aan de kant van de weg te zien.

Iets anders dat op de foto nog opvalt, is dat de spoordijk niet zo hoog lijkt te zijn als de dijk waar het genoemde wandelpad nu overheen loopt. Het is niet helemaal duidelijk wat hier de verklaring voor is, misschien is de spoordijk versmald en met het daarbij vrijgekomen zand opgehoogd?
Ten zuiden van de overweg verdwijnt de spoorlijn in een schapenwei; op de kaart is aan de hand van de diverse sloten het traject dwars door de weilanden nog wel goed te herkennen, maar veel bijzonders zal daar verder niet te zien zijn. Ik rijd daarom maar naar de volgende overweg, zo'n anderhalve kilometer verderop. Enkele tientallen meters ten noorden van deze overweg in de Hearewei lag sinds 1939 het wissel van de al eerder genoemde verbindingsbaan naar Mooie Paal, waardoor goederentreinen vanuit Stiens ook op de NTM-tramlijn van St.Jacobi Parochie naar Beetgumermolen konden komen.
Schelpenpad en spoorbrug net ten zuiden van de Hearewei, met op de achtergrond de auto van de fotograaf
Na het opbreken van de rails bleef bij Mooie Paal Aansluiting nog een aantal jaren een telefoonkastje staan waarmee de machinist vroeger bij Post T te Leeuwarden toestemming kon vragen om het NFLS-spoor op te rijden (niet dat er zoveel kans op grote ongelukken was: op het NFLS-gedeelte mochten de goederentreinen niet harder dan 40km/h rijden, op de tramlijn bedroeg de baanvaksnelheid zelfs niet meer dan 20km/h).
Over de tramlijn naar Beetgumermolen valt nog veel meer te vertellen. Oege Kleijne schreef er een zeer interessant artikel over dat u hier kunt bekijken.

Tegenwoordig is er op deze plek nauwelijks meer iets van de verbindingsbaan te zien, alleen aan de hand van de begroeiing kan nog zo'n beetje geraden worden waar het spoor zal hebben gelegen (maar interessanter is hier dan het uitzicht op de bijzondere kerktoren van St.Jabik, of de radarkoepel in het oosten die wel iets met vliegbasis Leeuwarden te maken zal hebben). Ook langs de weg naar Beetgumermolen is weinig meer van de tramlijn te zien, afgezien van een uiterst verdacht breed fietspad in de berm van de weg en een oude trambrug bij Berlikum.